Bramenjam

Zelfgemaakte bramenjam. Het is een beetje als groentensoep maken met restjes groenten. Weggooien is zonde en het resultaat is... is... nouja verbluffend!

In het kader van minder suiker maar toch lekker snoepen heb ik het volgende gedaan.

Eerst mijn handen open gehaald aan de doorns en een kilo bramen geplukt. Kindlief hielp ook een handje dus het was een gezellige bezigheid. (Weetje: eet nooit de onderste bramen. Er kan een hond overheen gepiest hebben maar ik las ook dat er vossenlintworm op kan zitten, getver!). Tip van Jeanette: leg ze heel even in zout water).

De bramen goed wassen en alleen de mooie bramen gebruiken. 

De bramen met een kopje water in een pan aan de kook brengen en 15 tot 20 minuten laten borrelen. Wel blijven roeren, anders verbrandt de boel misschien.

Ondertussen tijd zat om jampotjes uit te koken, eventueel met soda om te ontvetten. (Ik heb daarna wel weer met heet water afgespoeld, soda kijkt me niet heel lekker). Laten uitdrogen op een schone theedoek.

Na 20 minuten ongeveer is het geheel wel tot 2/3 geslonken. Dan heb ik een zakje agar agar toegevoegd (eerst opgelost in bakje koud water) en een halve pot rijststroop. (Normaal zou dit een halve kilo suiker zijn, dus dan valt het wel weer mee).

Na 5 minuten heb ik de jam in potjes geschonken (de helft ernaast) en de potjes (met deksel goed dicht gedraaid natuurlijk) omgekeerd op een theedoek op het aanrecht gezet. 

Kek doekje op het deksel en een dito label erop en je kunt het zo weggeven. Ohja, je kunt het 2 tot 3 maanden bewaren (koel bewaard en met schone lepel in de pot).

Tweet

Share on Tumblr